Leven op een hoop
met zorg bijeengeraapt
Tijdloze onderwerpen
onbeperkt houdbaar
levenslang dierbaar
Een mand voor de kat, sokken
en was, mijn hoofd een vergiet
Tafelladekast voor snuisterijen
diner voor één en goede boeken
Met een klap
zet ik de stoel uit
en verzink in gedachten
weggestopt in vaas
van onder de Acropolis
verlangen naar grote vechters
in ijzingwekkend mausoleum
Minder slim dan de ezel bots ik
keer op keer
tegen de randen
van mijn herinneringen
Hunkerend naar warmte
overvalt kilte mij
telkens weer